Alles over de bestraling van de hersenen.

Hier vindt u informatie over hersentumoren, de bestraling ervan en mogelijke bijwerkingen. Daarnaast geven wij u adviezen voor een goed verloop van de behandeling.

De aandoening

Hersentumoren kunnen op twee manieren ontstaan: in de hersenen zelf of door tumorcellen die zich vanuit een andere plaats in het lichaam uitzaaien naar de hersenen. Als een hersentumor ontstaat vanuit de hersencellen zelf, spreken we van een primaire tumor. Als een hersentumor ontstaat door uitzaaiingen, noemen we dat een metastase. Met name longkanker, borstkanker en melanomen kunnen zich uitzaaien (metastaseren) naar de hersenen.

Een hersentumor kan leiden tot uitval van functies, epileptische aanvallen en ernstige beperkingen in het dagelijkse functioneren. Andere klachten die kunnen ontstaan, zijn voortdurende hoofdpijn en veranderingen in gedrag.

Enkele adviezen

De behandeling

Een tumor in de hersenen kan behandeld worden door middel van een operatie, chemotherapie, uitwendige bestraling (radiotherapie) of een combinatie hiervan. In het ZRTI behandelen we patiënten door middel van bestraling. Straling maakt de kankercellen kapot waardoor ze niet verder kunnen groeien en zich niet meer kunnen verspreiden. Het lichaam ruimt de kapotte kankercellen vervolgens zelf op. Op die manier zetten we bestraling in om iemand te genezen (curatieve behandeling) of de klachten te verminderen (palliatieve behandeling). Het komt soms ook voor dat we hersenen preventief bestralen, ook als er nog geen zichtbare uitzaaiingen zijn (electieve behandeling).

Behandelroute en duur

Voor bestraling van een tumor in de hersenen doorloopt de patiënt bij het ZRTI de zeven stappen van de behandelroute. De duur van de bestralingsperiode is afhankelijk van de situatie van de patiënt en van het behandeldoel. De duur kan daardoor variëren van één keer tot zeven weken waarin de patiënt elke werkdag bestraling krijgt. Een bestralingsafspraak duurt ongeveer tien tot dertig minuten, afhankelijk van de gebruikte techniek.

Hulpmiddelen

Voor elke patiënt die bestraling krijgt op het hoofd maken we een masker op maat. De patiënt draagt dit masker bij elke bestraling. Met het masker kunnen we het hoofd fixeren zodat het tijdens de bestraling in de juiste houding blijft liggen. En dankzij de markeerlijnen op het masker kunnen we de bestralingsbundels precies op de juiste plek richten.

Stereotactische bestraling

Een kleine groep patiënten krijgt stereotactische bestraling. Bij deze techniek krijgt de patiënt zeer smalle, kleine stralingsbundels met een hoge dosis. Deze behandeling bestaat meestal uit een beperkt aantal bestralingsmomenten.

Enkele adviezen

  • Vindt u het maken van het masker een beetje eng? Vertel het aan de laboranten. Zij houden rekening met u.

  • Kijk ook eens bij de veelgestelde vragen over bestraling van de hersenen.

Mogelijke bijwerkingen

Van de bestralingen zelf voelen patiënten niets. Een enkele keer komt het voor dat een patiënt tijdens de bestraling op het hoofd lichtflitsen ziet die er in werkelijkheid niet zijn. Dit komt door de prikkeling van de oogzenuw. Hier hoeft u zich geen zorgen om te maken.

Tijdens en na de bestralingsperiode kunnen er wel bijwerkingen ontstaan. De bijwerkingen kunnen per persoon verschillend zijn. Bijwerkingen die vaak voorkomen bij bestraling van het hoofd zijn:

  • Vermoeidheid
  • Hoofdpijn
  • Misselijkheid
  • Haaruitval rond het bestraalde gebied
  • Rode, branderige en schilferige huid en jeuk in het bestraalde gebied

De radiotherapeut-oncoloog kan u vertellen in hoeverre uw haar weer aangroeit. De andere klachten gaan meestal vanzelf over binnen een paar weken na het einde van de bestralingen. Gaan de bijwerkingen niet vanzelf over? Neem dan contact op met uw radiotherapeut-oncoloog van het ZRTI.

Enkele adviezen

  • Heeft u last hoofdpijn of misselijkheid? Vertel het aan de laboranten of uw radiotherapeut-oncoloog. Dan kunnen zij u advies geven over wat u kunt doen. 
De bestraling

De bestraling.

Hoe ziet de behandelroute eruit?

Dit zijn de stappen die u gaat volgen.

  • Aanmelding
    Aanmelding
  • Consult
    Consult
  • Voorlichting
    Voorlichting
  • CT-scan
    CT-scan
  • Bestralingsplan
    Bestralingsplan
  • Bestralingen
    Bestralingen
  • Controle & vervolg
    Controle & vervolg
  • Aanmelding

    Aanmelding

    Uw behandelend arts uit het ziekenhuis heeft u aangemeld voor radiotherapie. Het ZRTI belt u om een afspraak te maken. Bij uw eerste bezoek aan het ZRTI zet de doktersassistente uw gegevens in uw dossier en maakt ze een foto van u.

  • Consult

    Consult

    Tijdens uw eerste bezoek aan het ZRTI bespreekt de radiotherapeut-oncoloog of physician assistant (PA) met u de behandelmogelijkheden. De radiotherapeut-oncoloog is een arts die gespecialiseerd is in het behandelen van kanker met behulp van straling. Een physician assistant kan taken overnemen van deze arts.

  • Voorlichting

    Voorlichting

    Na het gesprek met de radiotherapeut-oncoloog of physician assistant krijgt u van een laborant informatie over de behandelroute. Door middel van foto’s en video’s krijgt u een indruk van wat u te wachten staat. Uiteraard kunt u vragen stellen en vertellen waar u zich zorgen om maakt.

  • CT-scan

    CT-scan

    Na het voorlichtingsgesprek maken laboranten een CT-scan van het deel van uw lichaam dat bestraald gaat worden. De arts of physician assistant en laboranten gebruiken de beelden om een bestralingsplan voor u te maken. 

  • Bestralingsplan

    Bestralingsplan

    De periode tussen het maken van CT-scan en de eerste bestraling duurt ongeveer een week. In die periode maken de arts of physician assistant (PA) en laboranten voor u een bestralingsplan. Daarin geven ze aan hoe er bestraald wordt en met welke dosis.

  • Bestralingen

    Bestralingen

    Na de laatste controle van het bestralingsplan kunt u starten met de bestralingen. Tijdens deze periode komt u zo vaak als nodig is naar het ZRTI voor een bestraling. Per keer duurt uw afspraak ongeveer tien tot dertig minuten.

  • Controle & vervolg

    Controle & vervolg

    Tijdens en na de bestralingsperiode spreekt u met uw radiotherapeut-oncoloog of een physician assistant hoe uw behandeling verloopt. Het gesprek gaat vooral over de effecten en bijwerkingen die u ervaart.

Heeft u vragen?
Neem contact
met ons op.

Heeft u vragen en wilt u meer weten over een specifieke behandeling? Wij helpen u graag verder.